De EU legt smartphone- en tabletfabrikanten nieuwe kwaliteitsregels op en voert ter ondersteuning een nieuw label in. Daaruit kan je afleiden hoe lang je toestel zal meegaan.
De Europese Unie voert vanaf 20 juni nieuwe regels in voor fabrikanten en verkopers van smartphones en tablets. Enerzijds moeten toestellen voldoen aan nieuwe Ecodesign-regels en anderzijds verschijnt er een nieuw label.. Dat moet consumenten snel tonen hoe robuust, repareerbaar en zuinig hun toestel echt is. De regelgeving werd al in 2019 goedgekeurd.
De EU heeft een concreet doel met de regels. Volgens Europees onderzoek is de gemiddelde leeftijd van een midrange-smartphone vandaag drie jaar. Dat moet omhoog naar 4,1 jaar, voornamelijk door de kwaliteit van smartphones te verhogen. Het label moet consumenten in staat stellen om toestellen zelf sneller te vergelijken op basis van hun bouwkwaliteit.
Ecodesign: ontworpen om mee te gaan
De eerste pijler van de regelgeving bestaat uit de Ecodesign-vereisten. Wie smartphones op de Europese markt wil verkopen, moet er voortaan voor zorgen dat ze tegen een stootje kunnen. Gaan ze toch stuk, dan moeten ze eenvoudig te repareren zijn.
Vereisten
Concreet eist de EU het volgende:
- Alle smartphones moeten bestand zijn tegen een val en krassen. Ook resistentie tegen stof en water zijn verplicht.
- Batterijen moeten een voldoende hoge kwaliteit hebben. Dat betekent volgens de EU dat ze minstens 800 laadcycli moeten overleven zonder dat de capaciteit onder de 80 procent zakt.
- Upgrades voor het besturingssysteem moeten langer beschikbaar zijn. De EU vermeldt tot minstens vijf jaar nadat een product in de markt is gezet.
- Fabrikanten moeten kritieke onderdelen binnen de tien werkdagen beschikbaar maken wanneer reparatie noodzakelijk is, en dat tot zeven jaar nadat een product op de EU-markt is verkocht.
- Ook professionele reparatiediensten moeten vrij toegang krijgen tot alle software en firmware die nodig kan zijn voor een herstel.
Stevigere toestellen
De ene regel zal al meer impact hebben dan de andere, maar alles samengenomen kunnen ze een grote verschuiving in de levensduur van smartphones (en tablets) teweegbrengen.
Wat resistentie tegen vallen betreft, hebben de meeste fabrikanten uit eigen overweging al meer robuustheid ingebouwd. Voor de laadcycli hanteert de EU een redelijk conservatieve standaard. Oppo pakt bijvoorbeeld sinds vorig jaar voor de meeste modellen met het dubbele uit. Met deze regels belooft de toegang tot reparaties eenvoudiger te worden, ook voor oudere toestellen.
Langere ondersteuning
De belangrijkste vereisten hebben misschien wel te maken met de updates. De EU eist adequate updates tot vijf jaar nadat een toestel in de markt is gezet. De fabrikanten die sinds dit jaar zeven jaar aan updates na lancering bieden, komen de facto tegemoet aan die eis.
Wie dat niet doet, en bijvoorbeeld maar vier jaar beveiligingsupdates biedt, voldoet niet meer aan de EU-regels. Heel wat fabrikanten van midrange-toestellen hadden wat dat betreft nog wat goed te maken, net als Motorola. Al geldt er bij de Motorola Razr 60 een kanttekening. Die krijgt een veel te beperkte vier jaar aan updates vanaf de lancering, maar is omwille van het flexibele scherm niet onderhevig aan de nieuwe regels. Daarvoor heeft de EU zich om onduidelijke redenen een uitzondering laten aanspreken.
Oppo heeft de ondersteuning met beveiligingsupdates voor al zijn nieuwe toestellen opgekrikt naar zes jaar, laat een woordvoerder weten.
Over het algemeen beloven de Ecodesign-regels in ieder geval wel belangrijke hordes weg te nemen die een lange levensduur van een telefoon in de weg staan. Wie nu een ietwat degelijk toestel uit het middensegment of hoger koopt, mag er in principe vanuit gaan dat de aanschaf van een nieuw exemplaar pas na vier of vijf jaar aan de orde zal zijn.
Energielabel op maat van smartphones
De EU ondersteunt de nieuwe vereisten met een nieuw energielabel, dat meer dan alleen de energiezuinigheid zal meegeven. Het label wordt verplicht voor alle smartphones en tablets, en bevat informatie gelinkt aan de Ecodesign-vereisten.
Wat staat erop?
Het label ziet er als volgt uit:
- De schaal van de energieklasse, gekend van andere elektronische toestellen.
- De klasse voor het gegeven toestel. In het geval van een smartphone of tablet zegt dit eigenlijk heel weinig.
- Het uithoudingsvermogen van het toestel op één batterijlading. Deze maatstaaf is relevanter en geeft een idee van hoe lang je zonder stopcontact kan.
- De valbestendigheid, uitgedrukt in een score van A tot E waarbij A het meest robuust is.
- De levensduur van de batterij in cycli. Hier legt de EU zelf niet duidelijk uit hoe het cijfer te interpreteren valt, maar het verwijst vermoedelijk naar het aantal totale cycli voor de capaciteit onder de 80 procent zakt.
- De reparatiescore, opnieuw op een schaal van A tot E waarbij toestellen in klasse A het eenvoudigst te repareren zijn.
- De Ingress Protection (IP)-rating. Die geeft aan hoe stof- en waterbestendig een telefoon is.
Eenvoudig vergelijken
Volgens de nieuwe regels moet het label overal duidelijk zichtbaar zijn, zowel in winkels als op beurzen. Ook online moeten fabrikanten de info van het label vrij aanbieden. De energieklasse is een vrij waardeloze indicatie voor smartphones en tablets, maar alle andere informatie is wel relevant. Hiermee kunnen consumenten immers snel en op basis van objectieve cijfers toestellen vergelijken op belangrijke aspecten.
Het valt nog te bekijken hoe accuraat de Europese indicatie is voor het batterijleven. Kijken we even naar wagens, dan zien we bijvoorbeeld dat de Europese maatstaven voor verbruik wel erg vergevingsgezind zijn, en zo de werkelijke efficiëntie overschatten. Zelfs wanneer de score voor de batterij niet helemaal klopt, biedt ze wel een objectief cijfer waarmee de consument kan vergelijken.
Europa verwacht impact
Europa verwacht heel wat van de nieuwe regulering, maar vergelijkt daarvoor met cijfers uit 2010. De bureaucratische traagheid van de EU staat concretere doelstellingen in de weg. Het is alleszins de bedoeling dat de totale verkoop van smartphones en tablets zal dalen, omdat mensen hun toestellen langer zullen gebruiken.
98 euro besparing per jaar
Dat moet zowel de consument geld besparen, als de impact op het milieu beperken. Naast lagere impact van de productie, ontstaat er immers ook minder e-waste. Europa hoopt dat de toevoeging van een energieklasse ook voor zuinigere hardware zal zorgen, wat op zijn beurt het energieverbruik gegenereerd door smartphones en tablets moet doen dalen. De EU verwacht daarbij een daling van het elektriciteitsverbruik om smartphones te laden met 25 procent.
De EU berekent ook de verwachte besparing voor eindgebruikers. Omdat de nood om snel nieuwe toestellen aan te schaffen verkleint, zou er een besparing van gemiddeld 98 euro per jaar per gezin ontstaan tegen 2030.
Nu al voelbaar
De regelgeving lijkt in ieder geval een goede zaak. Het is immers hallucinant te noemen dat smartphones een kunstmatig korte levensduur hebben omdat ze geen beveiligingsupdates meer krijgen, of niet meer te repareren zijn. Iedere smartphone is een product van een enorm complexe wereldwijde logistieke ketting, met een globale voetafdruk. De EU wil fabrikanten die dergelijke producten in de markt zet, nu via regels verplichten om dat op een verantwoorde manier te doen.
Dat de regelgeving werkt, is een zekerheid. “Ter voorbereiding op de nieuwe EU-verordening inzake ecologisch ontwerp en energie-etikettering voor smartphones en tablets hebben we de nodige aanpassingen doorgevoerd in onze productontwikkeling, productie en aftersalesdiensten om aan de vereisten te voldoen”, zegt Oppo bijvoorbeeld in een reactie.
De impact is ook zichtbaar bij partijen als Samsung, Google en OnePlus. Die hebben de ondersteuning van hun smartphones niet preventief naar zeven jaar opgekrikt puur uit de goedheid van hun hart. Hetzelfde geldt voor Oppo, dat voor de richtlijn karig was met beveiligingsupdates in het middensegment, maar zijn beleid nu heeft aangepast.