Tussen ontwikkeling en eindgebruik zit testen. De applicaties waar je dagelijks mee werkt, worden uitgebreid op de rooster gelegd door experts. ITdaily gaat op bezoek bij TestDevLab in Letland, waar specialisten er mee voor zorgen dat videovergaderingen ook in uitdagende omstandigheden naar behoren functioneren.
De inkomhal ruikt haast nog naar een nieuw en pas gerenoveerd gebouw wanneer we binnenstappen, blij om de verrassend drukkende en vochtige Letse zomerwarmte even achter ons te laten. Het logo van TestDevLab prijkt uitgelicht op de muur. Ooit deed het huidige hoofdkantoor van het bedrijf dienst als gymnasium, later vervulde het de rol van luxueuze materniteit. Sinds een jaar mag het statige gebouw in het centrum van Riga zich het hoofdkantoor van het gespecialiseerde testing-bedrijf noemen.
“We hebben wereldwijd meer dan 500 mensen in dienst”, vertelt Sanda Stepite, verantwoordelijk voor onder andere rekrutering bij TestDevLab. “Ongeveer 200 daarvan zijn gekoppeld aan dit kantoor, al is niet iedereen gelijktijdig aanwezig. Telewerk is erg ingeburgerd.”
TestDevLab is niet de bekendste naam in de IT-wereld, maar het bedrijf vervult een cruciale rol in de ontwikkeling van software. Als onafhankelijke specialist neemt TestDevLab de kwaliteit van applicaties onder de loep. Toepassingen worden op zoveel mogelijk relevante manieren getest, waarna eventuele bugs worden teruggekoppeld naar ontwikkelaars.
Gespecialiseerd werk
“Zestig procent van onze klanten komt uit de VS”, zegt marketingspecialist Josh Griffiths. “Daarbij horen onder andere Zoom en Twillio.” Zoom is klant sinds Covid en is één van de weinige grote namen waarover TestDevLab publiek mag communiceren, al kunnen we tussen de niet zo subtiele lijnen door lezen dat er wel meer bekende bedrijven bij de Letse testingspecialist aankloppen.
TestDevLab probeert zich te onderscheiden in de markt door geavanceerde tests en maatwerk. De ingenieurs van het bedrijf denken mee met klanten. Ze geven niet alleen aan of een toepassing naar behoren werkt, maar ook wat er scheelt en welke factoren mogelijks een impact hebben.
Voor degelijke kwaliteitscontrole heb je niet alleen mensen nodig met ervaring, maar ook toestellen, tools en training.
Josh Griffiths, markettingspecialist TestDevLab
“Voor degelijke kwaliteitscontrole heb je niet alleen mensen nodig met ervaring, maar ook toestellen, tools en training”, weet Griffiths. “Veel bedrijven hebben geen ruimte voor dergelijke overhead. Wij bieden testing volgens hoge Europese standaarden en denken mee.”
Skype
Dat was alleszins de insteek van Ervins Grinfelds. Hij richtte TestDevLab in 2011 op samen met een collega. Het idee voor het bedrijf ontstond tijdens rookpauzes toen beide heren voor Skype werkten, en (het inmiddels ter ziele gegane) Skype werd na de oprichting meteen hun eerste klant.
Sinds dan haalde TestDevLab wereldwijd klanten binnen en opende het bedrijf kantoren in onder andere Spanje, Estland, Litouwen en Noord-Macedonië. “Met wat geluk lopen we Grinfelds straks nog tegen het lijf”, hoopt Stepite.
Ingenieurskot
Griffiths en Stepite nemen ons langs de authentieke klassieke trappenhal mee naar het hart van het kantoor. Op de eerste verdieping belanden we in een kot waar ieder ingenieur zich thuis zou voelen. Gereedschap hangt aan de muur en op de bureaus zien we half afgewerkte elektronische snufjes. 3D-printers op de grond ondersteunen de creatie van eigen prototypes.
“Hier ontwikkelen onze ingenieurs nieuwe snufjes om mee te testen”, licht Griffiths toe. Hij wijst naar een klein bakje dat gebaseerd lijkt op een Raspberry Pi, en snel verschillende netwerkcondities kan simuleren. Daarnaast staat een compacte driepikkel met een aanstuurbare vinger die automatisch op een telefoonscherm kan klikken, eveneens intern gebouwd.
Om ter meeste netwerkcongestie
In de volgende ruimte zien we een derde prototype aan het werk. Op een groot scherm draait een gesimuleerde videovergadering. Een stevige knijper is aan het systeem gekoppeld. Hoe harder je knijpt, hoe meer fictieve bezoekers de videocall volgen en hoe meer het netwerk dichtslibt. Knijpen we hard genoeg, dan zien we hoe de verbinding van sommige deelnemers het moeilijk krijgt. Er verschijnen meteen gesimuleerde klachten in de chatbox.
“Dit toestel hebben we bedacht om op een meer begrijpelijke manier te tonen wat netwerkcongestie precies is”, verklaart Griffiths. “Je kan snel zien wat de impact is op de kwaliteit van een vergadering.” Vermoedelijk is er ook een speels element gekoppeld aan de opstelling, want we zien een high score van de hardste knijpers op het scherm verschijnen. Uw Bourgondische journalist haalt de top vijf niet.
Zelf bedacht
Aan de overkant van de kamer springt een andere opstelling in het oog. Op een scherm speelt zich een opgenomen videocall af. Een duo van telefoons, gekoppeld aan camera’s en sensoren, neemt het gesprek op. Hier kijkt TestDevLab naar de streamingkwaliteit van apps zoals die van Zoom.
Griffiths: “Dit is één van de systemen die we zelf bedacht hebben. Ieder frame op het scherm heeft een unieke code. Daarmee kunnen we perfect zien wanneer een frame gedropt wordt tijdens een stream, en wat de omstandigheden op dat moment waren.”
Duizenden toestellen
Verder zien we een rack vol met toestellen die geautomatiseerde tests doorlopen. TestDevLab test software op echte hardware in de plaats van gevirtualiseerde mobiele toestellen. “We testen op telefoons, tv’s, horloges, VR-headsets, IoT-toestellen, die we telkens ook kopen.”, licht Griffiths toe.
Dat impliceert dat TestDevLab een voorraad van ongeveer vijfduizend echte testtoestellen heeft. We vervolgen onze rondleiding langs een klein museum, waar verschillende mobiele toestellen uit het verleden staan tentoongesteld. “Dit was m’n eerste mobiele telefoon”, mijmert Griffiths, wijzend naar een toestel dat een stuk moderner was dan onze Nokia 6030. We voelen ons oud, en nodigen lezers die de Motorola DynaTAC 8000X hebben meegemaakt uit om zich nog ouder te voelen.
“Voor toestellen zoals de nieuwe iPhone moeten we mee in de rij gaan staan”, lacht Griffiths. Met informatie over de herkomst van andere toestellen is hij karig.
Complete stilte
In een volgende ruimte staat een enkel bureau. Alle muren in de kamer zijn bedekt in een zwarte geluidsisolerende bekleding. Wanneer Griffiths de deur sluit, ervaren we een haast drukkende stilte. Wie te lang in deze ruimte zit, hoort zijn hart kloppen en bloed stromen, klinkt het.
Het sensorische deprivatie-kantoor diende om toepassingen te testen op toestellen afgesloten van de buitenwereld. Sinds de Covid-epidemie zag TestDevLab de vraag drastisch groeien, waarna een meer economische oplossing zich aandiende. Wat verder zien we dan ook grote bakken staan met dezelfde eigenschappen als het kantoor, waarin testers toestellen kunnen plaatsen.
“Covid was niet leuk”, beseft Stepite, “maar de periode is goed geweest voor het bedrijf. We zijn op korte tijd gegroeid van 190 naar meer dan 500 werknemers.”
Diorama met een treintje
In een kamer aan het einde van de gang trekt een lichtbak met daarin een felgekleurd en kinds ogend diorama onze aandacht. We zien een trein en een luchtballon, maar ook enkele meer technische symbolen die verraden dat we niet naar speelgoed kijken.
“In deze kamer testen we short form-videotoepassingen”, licht Griffiths toe. Het diorama speelt daarin een belangrijke rol. Het biedt een onderwerp met verschillende statische en bewegende elementen in allerlei kleuren, dat er dag na dag, jaar na jaar hetzelfde uitziet. Zo kunnen de testers videokwaliteit van toepassingen beoordelen doorheen de jaren.
Het diorama en de knijper die netwerkcondities aanstuurt, zijn slechts enkele van de zelf ontwikkelde tests. “Testing is geen statische job”, zegt projectmanager Erika Beca. “Wanneer we een nieuwe functie of toepassing moeten testen, is er geen handboek. We moeten zelf bedenken welke scenario’s belangrijk zijn, en vervolgens uitvissen hoe we die dan kwalitatief aan tests gaan onderwerpen. Eigenlijk vereist deze job heel wat creativiteit. Bovendien is het een misvatting dat alles automatisch verloopt. Heel veel belangrijk testwerk blijft manueel.”
Eigenlijk vereist deze job heel wat creativiteit. Bovendien is het een misvatting dat alles automatisch verloopt. Heel veel belangrijk testwerk blijft manueel.
Erika Beca, projectmanager TestDevLab
Ontsnapte insecten
Naast creativiteit bespeuren we ook heel wat passie en een liefde voor bugs. Letterlijk. Beca opent een klein terrarium op een kast aan de ingang van de kamer bij wijze van demonstratie. “Op het eerste gezicht ziet alles er rustig uit, maar kijk wat er gebeurt als we onder deze stronk kijken.” Ze heft het stuk hout op en we zien hoe het terrarium krioelt van de insecten.
“Wij houden van verborgen bugs”, lacht ze. “Het is dankzij bugs dat we werk hebben.” Enkele echte exemplaren ontsnappen uit het terrarium, maar dat blijkt geen kwaad te kunnen. “Laat maar gaan, ze kweken snel genoeg.”
Goed ondernemingsklimaat
Terug op de gelijkvloerse verdieping komt de voorspelling van Stepite uit en komen we Ervins Grinfelds tegen. “Letland heeft een goed klimaat om een bedrijf op te richten”, vertrouwt hij ons toe. “Je kan je hele bedrijf hier digitaal starten en er is heel wat lokale ondersteuning.”
lees ook
Focus op EU en VS: waarom technologiebedrijven in klein Letland meteen groots denken
Grinfelds kon TestDevLab laten groeien zonder externe investeringen. “Dat zorgde ervoor dat er tijdens een moeilijke periode geen investeerders over onze schouders meekeken. Zo konden we gokken om mensen aan te houden in de plaats van te ontslaan, ervan uitgaande dat de tijden wel zouden beteren. Dat bleek een goede gok.”
Intussen gaat het opnieuw goed met TestDevLab. Daarvan getuige het mooie kantoor, de lijst met klanten die vol met mooie namen staat die we niet mogen weten, en het enthousiasme van de werknemers. Het ondernemingsklimaat mag dan goed zijn, het weer buiten vinden we toch wat drukkend. We nemen afscheid van Grinfelds, Griffiths en Stepite en duiken opnieuw de vochtige Baltische warmte in, klaar om een videovergadering met de redactie in Geel door een andere bril te bekijken.